2004
Volume 23, Issue 4
  • ISSN: 0169-2216
  • E-ISSN: 2468-9424

Abstract

Zo’n veertig jaar geleden, aan het einde van de jaren zestig, werden de eerste barstjes in het naoorlogse arbeidsbestel zichtbaar. De geleide loonpolitiek, die aan de basis lag van de succesvolle wederopbouw, bleek niet bestand tegen de krapte op de arbeidsmarkt, de aanspraken van de werknemers op een groter aandeel in de welvaart konden alleen worden opgevangen door elkaar opvolgende loongolven. Toen daarna de herstructurering van een aantal industriële bedrijfstakken op gang kwam en de betrokken arbeiders zich daartegen probeerden te weren door stakingen en zelfs bedrijfsbezettingen, begon men te spreken over de ‘radicalisering’ van de vakbeweging. Het ‘harmoniemodel’ leek plaats te maken voor een ‘conflictmodel’ (Peper, 1973). De grootste schok kwam echter met de vanaf het midden van de jaren zeventig oplopende werkloosheid die niet ten onrechte als een rechtstreekse aantasting werd gezien van de basis van het arbeidsbestel: de belofte van een groeiende welvaart voor iedereen. Daarmee leek de legitimiteit van het arbeidsbestel op het spel te staan, temeer omdat er aanvankelijk weinig kruid tegen de werkloosheidsgroei gewassen leek.

Loading

Article metrics loading...

/content/journals/10.5117/2007.023.004.002
2007-12-01
2024-11-20
Loading full text...

Full text loading...

/content/journals/10.5117/2007.023.004.002
Loading
This is a required field
Please enter a valid email address
Approval was a Success
Invalid data
An Error Occurred
Approval was partially successful, following selected items could not be processed due to error