-
oa Inleiding De vergrijzende arbeidsmarkt
- Amsterdam University Press
- Source: Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken, Volume 22, Issue 2, Jun 2006,
- Previous Article
- Table of Contents
- Next Article
Abstract
Dat de Europese landen vergrijzen is allerminst nieuws. Al meer dan een eeuw lang stijgt de gemiddelde levensverwachting in de geïndustrialiseerde wereld. We weten al zestig jaar dat de eerste babyboomers over vijf jaar de pensioengerechtigde leeftijd van 65 bereiken. Sinds de jaren zestig is bekend dat als gevolg van het teruglopende kindertal het zwaartepunt in de leeftijdsopbouw van de bevolking zal verschuiven van de jongere naar de oudere leeftijdscategorieën. Nu het moment steeds dichterbij komt waarop de effecten van deze (tweede) demografische transitie, in termen van oplopende vergrijzingslasten en een teruglopende arbeidsparticipatie, daadwerkelijk voelbaar worden, nemen de aandacht voor en de zorgen om deze ontwikkeling sterk toe. Zowel het maatschappelijke debat als het wetenschappelijke onderzoek op dit terrein wordt gekenmerkt door een overwegend bezorgde toon. Als we niet snel ingrijpen en de koers verleggen, dreigt de trein van de vergrijzende maatschappij te ontsporen. De kosten van de pensioenen en de (gezondheids)zorg zullen dan over enige tijd niet meer op te brengen zijn, op de arbeidsmarkt dreigen ernstige knelpunten te ontstaan waardoor hele sectoren in problemen kunnen komen, en Europa zal in een globaliserende wereld als verstarde rentenierseconomie op een zijspoor worden gerangeerd. Veel schaarser zijn de tegengeluiden van politici en onderzoekers die vraagtekens plaatsen bij deze dominante analyse en stellen dat de gevolgen van de vergrijzing zwaar worden overdreven. Toen de Nederlandse oud-minister van Sociale Zaken, Bert de Vries, onlangs in zijn boek Overmoed en onbehagen betoogde dat politici en beleidsmakers ons vooral angst proberen aan te jagen met doemverhalen over de oplopende vergrijzingskosten, kon hij dan ook op veel belangstelling maar vooral ook op veel onbegrip rekenen.