-
oa Stijging van de AOW-leeftijd: nieuw akkoord, einde discussie?
- Amsterdam University Press
- Source: Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken, Volume 35, Issue 4, dec. 2019,
Samenvatting
Sinds 2008 is de verhoging van de AOW-leeftijd een terugkerend thema op de politieke agenda, met als resultaat dat sinds 2013 de vaste AOW-leeftijd van 65 jaar is losgelaten en op termijn de AOW-leeftijd wordt gekoppeld aan de levensverwachting. Ook na de eerste concrete afspraak hierover bleef de verhoging van de AOW-leeftijd een belangrijk discussiepunt, met enerzijds de betaalbaarheid van de AOW als belangrijke reden voor de verhoging en anderzijds de toenemende gezondheidsklachten bij het stijgen van de leeftijd als belangrijk tegenargument. Daarnaast leidt de verhoging van de AOW-leeftijd tot veel onvrede. Het gaat dan over de verdeling van tijd tussen werk en AOW, maar ook over verschillen tussen generaties of naar sociaaleconomische status. In dit artikel bespreken we de gevolgen van de verschillende afspraken over de verhoging van de AOW-leeftijd in Rutte II en het Pensioenakkoord 2019 voor de omvang van de beroepsbevolking, de verhouding tussen AOW- en werkjaren, de sociaaleconomische verschillen en het aantal AOW-jaren dat in goede gezondheid kan worden doorgebracht. Ook stellen we de vraag in hoeverre de afspraken uit het Pensioenakkoord voldoende zijn om de discussie over de verhoging van de AOW-leeftijd te kunnen sluiten. De regels uit het nieuwe pensioenakkoord zorgen ervoor dat de verhouding tussen werk- en AOW-tijd gelijker verdeeld wordt tussen generaties en lijken niet ten koste te gaan van het aantal AOW-jaren in goede gezondheid. Ook zijn de mogelijkheden verruimd om voor de AOW-leeftijd met pensioen te gaan. Of dit voldoende is om de sociaaleconomische verschillen het hoofd te bieden, zal afhangen van de implementatie van de afspraken. Met het nieuwe pensioenakkoord lijkt de angel uit de discussie, maar of het vuur definitief gedoofd is, blijft de vraag.