- Home
- A-Z Publicaties
- Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken
- Previous Issues
- Volume 39, Issue 1, 2023
Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken - Volume 39, Issue 1, 2023
Volume 39, Issue 1, 2023
- Redactioneel
-
- Artikel
-
-
-
Hoe kijken Vlaamse recruiters naar jobkandidaten met een kankerervaring?
Auteurs: Stijn Baert, Ralf Caers, Marijke De Couck, Adelina Sharipova & Philippe SterkensSamenvattingIn deze studie bestuderen we discriminatie van overlevenden van kanker, met een focus op de onderliggende mechanismen, bij Vlaamse selectieverantwoordelijken. Daartoe repliceren we een vignetten-experiment dat eerder bij Amerikaanse en Britse recruiters werd uitgevoerd. We vinden dat een werkonderbreking op het cv door een kankerervaring effectief schadelijk is voor de aanwervingskansen. Vooral de vrees dat wie een kankerervaring achter de rug heeft nieuw ziekteverzuim zal laten optekenen verklaart hun lagere kansen bij het solliciteren. Tegelijk worden jobkandidaten met een kankerervaring gezien als gemotiveerder dan wie geen gat op het cv heeft. Tegenover andere kandidaten met een gat op het cv om andere redenen (eerdere depressie, familiale reden of niet-toegelichte werkonderbrekingen), blijft enkel het stigma van hogere kansen op ziekteverzuim (behalve tegenover wie een depressie had) over. In vergelijking met hen hebben gewezen kankerpatiënten betere aanwervingskansen. Ze worden door de Vlaamse recruiters onder andere beter ingeschat qua motivatie, autonomie, flexibiliteit en stressbestendigheid.
-
-
- Essay
-
-
-
Allemaal precair? Arbeid en gevoelens van onzekerheid en angst
Door Rudi WielersSamenvattingVeel werkenden hebben psychische problemen die samenhangen met gevoelens van onzekerheid en angst in hun werk. In dit essay wordt op basis van literatuuronderzoek gezocht naar de oorzaken van die problemen. Uitgangspunt is de precariteitshese die stelt dat werkenden angstig zijn geworden als gevolg van de flexibilisering van arbeidscontracten en de afbouw van de verzorgingsstaat. De precariteitsthese wordt onderzocht voor werkenden met een vast contract. In de empirische onderzoeksliteratuur zijn weinig aanwijzingen te vinden dat bestaansonzekerheid voor deze werkenden de grote bron is van angst en onzekerheid. Er zijn meer aanwijzingen dat hoge prestatiedruk en het daaraan gepaarde gevoel tekort te schieten de oorzaken zijn van het probleem. Het essay wordt afgesloten met een reflectie op de wijze waarop prestatiedruk in het Nederlandse arbeidsbestel verminderd kan worden.
-
-
-
-
Mentaal welzijn bij zelfstandigen: Een focus op arbeidskwaliteit
Door Jessie GevaertSamenvattingIn de afgelopen vijftig jaar hebben zich grote veranderingen voltrokken onder de zelfstandige beroepsbevolking. De onder ‘zelfstandigheid’ gegroepeerde arbeidsregelingen zijn daarbij vooral aan het diversifiëren. Ik onderzocht de impact van deze veranderende arbeidsarrangementen op het mentaal welzijn van zelfstandigen, rekening houdend met ‘arbeidskwaliteit’ als belangrijke mediator. Dit essay werkt de hoofdbevindingen van dit onderzoek uit, en stelt dat de huidige variëteit in zelfstandige arbeid een rol speelt in het verklaren van verschillen in mentaal welzijn. Daarbij zijn vooral kwetsbare en onzekere arbeidsarrangementen binnen zelfstandig ondernemerschap vatbaar voor negatieve uitkomsten op het gebied van mentaal welzijn. Ook de beschikbaarheid van intrinsieke arbeidskwaliteit is voor sommige vormen van zelfstandigheid van cruciaal belang om welzijnsverschillen te verklaren.
-
- Column
-
- Artikel
-
-
-
Werkloosheidspreventie door Van Werk Naar Werk- en Levenlang Ontwikkelen-beleid in België, Zweden en Nederland
Door Irmgard BorghoutsSamenvattingWerkloosheidspreventie staat door de coronacrisis weer volop in de spotlights. Dit artikel bestudeert hoe België en Zweden invulling geven aan beleid gericht op Van Werk Naar Werk (VWNW) en Levenlang Ontwikkelen (LLO). Kan Nederland inspiratie opdoen uit deze twee landen? Dit artikel koppelt de typologie van werkloosheidspreventie aan het Transitioneel Inclusief HRM-arbeidsmarktmodel. Uit deze verkennende studie blijkt dat de onderzochte landen voorzieningen hebben in de primaire, secundaire en tertiaire werkloosheidsfase, maar dat de fase waarop het land het accent legt, verschilt. Zweden lijkt verder te zijn met proactief, primair werkloosheidpreventiebeleid in vergelijking met België en Nederland. Het Nederlandse VWNW-beleid is ten opzichte van België en Zweden laat van de grond gekomen. Er is geen structurele financiering voor VWNW zoals in Zweden. Nederland kent tijdelijke instrumenten en voorzieningen, maar het ontbreekt vooralsnog aan een systematische aanpak waarin VWNW vroegtijdig voor ieder individu – ongeacht het type arbeidsrelatie – beschikbaar is. In zowel Zweden als België is er ook VWNW-ondersteuning voor mensen die werkzaam zijn bij kleine organisaties. Het artikel sluit af met een aantal aandachtspunten voor de Nederlandse ambitie om een proactieve VWNW- en LLO-arbeidsmarktinfrastructuur te realiseren.
-
-
- Cbs-bericht
-
-
-
Nieuwe cijfers over zoeken naar werk en registratie bij UWV
Door Harry BieringsSamenvattingNieuwe cijfers die het CBS sinds de zomer van 2022 regulier publiceert op StatLine maken het mogelijk van mensen die al dan niet zoeken naar werk c.q. daarvoor al dan niet beschikbaar zijn of meer uren willen werken, vast te stellen of zij geregistreerd staan als werkzoekende bij UWV. Met deze stap in de cijfermatige weergave van de bindingsdiversiteit met de arbeidsmarkt van groepen mensen met en zonder werk draagt het CBS bij aan een detaillering van het actuele potentieel dat zich mogelijkerwijze leent voor activering voor de arbeidsmarkt. De cijfers laten zien dat mensen die behoren tot het onbenut arbeidspotentieel zonder werk relatief vaak geregistreerd zijn als werkzoekende bij UWV. Bij de overige groep mensen zonder werk is dit minder vaak het geval. Zij staan naar verhouding ver van de arbeidsmarkt, omdat zij (recent) niet naar werk zoeken en ook niet binnen twee weken kunnen beginnen. De toevoeging van het kenmerk ‘geregistreerd staan bij UWV’ en de daarmee in principe verbonden verplichting of intentie naar werk te zoeken, geeft in het bijzonder voor deze groep ruimere informatie over de mogelijkheden tot activering voor de arbeidsmarkt.
-
-
- Artikel
-
-
-
Helpen automatiseringskansen om de toekomst van banen te voorspellen?
Auteurs: Steven Dhondt, Iris Eekhout, Karolus Kraan, Anneke Goudswaard & Thijmen ZoomerSamenvattingFrey en Osborne (2017) ontwikkelden een methode om de automatiseringskans van beroepen af te leiden uit de huidige taaksamenstelling van die beroepen. Daarmee voorspellen ze welke beroepen door technologie op termijn zullen groeien of verdwijnen. De vraag is wat de voorspellende waarde van de Frey en Osborne Index (FOI) is. Een vergelijking met een andere voorspellende methode, de Labouring Capacity Index (LCI) van Pfeiffer en Suphan (2015), kan deze vraag beantwoorden. De surveydata van de Vlaamse Werkbaarheidsmonitor 2013 zijn gebruikt om de automatiseringskansen van zes beroepen te berekenen gebaseerd op de twee indexen. De afwijking tussen de voorspelde en reële ontwikkeling in omvang van die beroepen, gemeten met de Labour Force Survey, geeft zicht op de voorspellende waarde van de FOI en LCI. De analyses laten zien dat de voorspellende waarde van de methoden beperkt is, en dat de LCI iets beter voorspelt. De conclusie is dat de toekomst van beroepen beter anderszins dan op basis van de huidige taaksamenstelling van beroepen moet worden geschat. Vooral onderzoek is nodig naar de toekomst van organisatievormen, omdat die zullen bepalen waarop regeltaken op alle organisatieniveaus over functies worden verdeeld.
-
-
- Essay
-
-
-
Een herbezinning op de Nederlandse arbeidssociologie
Door Erik de GierSamenvattingDe Nederlandse arbeidssociologie heeft in vergelijking met haar bloeiperiode in de jaren 70 van de vorige eeuw aan momentum verloren. Niet alleen is een aantal voorwaardenscheppende voorzieningen, zoals eigen zelfstandige leerstoelen en op de arbeidssociologie toegespitste (meerjarige) onderzoeksprogramma’s, in de afgelopen decennia grotendeels verloren gegaan. Ook inhoudelijk gezien heeft het vak aan identiteit verloren. Klassieke arbeidssociologische onderzoeksthema’s zoals medezeggenschap, arbeidsverhoudingen in de industrie en aanverwante sectoren, arbeidsvoldoening en vervreemding in de arbeid nemen vandaag de dag een minder prominente plaats in. Een actualiserende herbezinning wat betreft inhoud en methoden van de arbeidssociologie lijkt geboden. Hierbij kan enerzijds inspiratie worden geput uit de Franse ‘sociologie du travail’, welke het fenomeen arbeid beschouwt als een duurzame sociale institutie vanuit zowel een cognitieve als een interactieve invalshoek (Lallement, 2007). En anderzijds tevens uit het werk van de Duits historicus Karl Schlögel (2017). Schlögel bepleit een ruimer gebruik van onderzoeksbronnen en -methoden dan de gebruikelijke, zoals het benutten van films, theater, kunst, architectuur, romans en gedichten als secundaire of soms zelfs ook als primaire bronnen voor onderzoek. Aan de hand van een tweetal inhoudelijke voorbeelden betreffende respectievelijk ‘welfare work’ in vergelijkend historisch perspectief en daarnaast mede op empirisch onderzoek gebaseerde industrieromans uit verschillende industrielanden wordt dit nader uitgewerkt. Het artikel mondt uit in een aantal concrete suggesties betreffende een inhoudelijke herbezinning en update van de Nederlandse arbeidssociologie en toekomstig arbeidssociologisch onderzoek.
-
-
- Boekbespreking
-
- Gepubliceerd Internationaal
-
Volumes & issues
-
Volume 40 (2024)
-
Volume 39 (2023)
-
Volume 38 (2022)
-
Volume 37 (2021)
-
Volume 36 (2020)
-
Volume 35 (2019)
-
Volume 34 (2018)
-
Volume 33 (2017)
-
Volume 32 (2016)
-
Volume 31 (2015)
-
Volume 30 (2014)
-
Volume 29 (2013)
-
Volume 28 (2012)
-
Volume 27 (2011)
-
Volume 26 (2010)
-
Volume 25 (2009)
-
Volume 24 (2008)
-
Volume 23 (2007)
-
Volume 22 (2006)
-
Volume 21 (2005)